Sterrenschot of Heksensnot, zo worden de eileiders en de bijna volgroeide eitjes genoemd van een kikker. In het voorjaar kan dit weleens gevonden worden.Vaak gaat het dan om uitgespuugd Sterrenschot wat een reiger of bijvoorbeeld bunzing niet smakelijk vond. Het zijn dus de onverteerde eileiders en de bijna uitontwikkelde eitjes van een kikker. De kikker draagt dit bij zich en zet de eitjes vrijwel meteen na de winterslaap af (tenminste de vroege soorten). Zodra het in het water terecht komt zwelt het eikapsel op en dat is de ons bekende dril. Bij het verorberen van een kikker zal een reiger last krijgen hiervan, want zodra het in aanraking komt met vocht zwelt het ook in het lijf van de reiger op en dat wordt uitgebraakt.
|